De opkomst van Afrika, het verborgen gezicht

0
5630

Nog niet zo lang geleden klonk de boodschap helder: algemeen gesproken zou Afrika van een duurzame groei genieten, de jonge bevolking zou een waarborg zijn voor een veelbelovende toekomst, door de technologie zouden de horden in de verdere ontwikkeling gemakkelijk kunnen genomen worden, het enorme reservoir aan onontgonnen landbouwgrond zou de wereld van morgen voeden, en de middenklasse – lees welvaart – kreeg meer en meer gestalte.

Het leek voor velen zó evident, dat men over sub Sahara Afrika niet langer sprak als een “regio in ontwikkeling” maar als een “opkomende mogendheid”. Was het immers niet vanzelfsprekend, dat dit deel van Afrika logischerwijze de nodige investeerders zou aantrekken, dankzij wie de verwachte opkomst van de regio realiteit zou worden? En zou zo niet een nieuwe drempel worden overschreden richting mondiale economie en de ontwikkeling van de nieuwe en laatste (!) grote markt?

Maar … dit concept van “regio in opkomst”, is het wel degelijk een waarheidsgetrouwe definitie van het traject dat Afrika sinds het begin van de 21ste eeuw heeft afgelegd? Terwijl toch de voordelen van de globalisatie meer en meer in twijfel worden getrokken en honderden duizenden Afrikanen hun land ontvluchten op gevaar van lijf en leden? Het moet toch gezegd, dat er sinds de laatste crisis in de grondstoffen sector in 2014 een nieuwe realiteit is ontstaan in het continent. Over het algemeen is de groei vertraagd, de publieke schuld is aanzienlijk gegroeid, nationale inkomsten zijn verdwenen, en het proces van industrialisatie is stilgevallen. Als we daar nog de groeiende deficiëntie van het bancaire systeem bijtellen, dan is het begrijpelijk, waarom investeerders aarzelen, waarom de lokale elite haar kapitaal naar het buitenland versluist, en waarom in het licht van dit alles de term “regio in opkomst” niet langer toepasselijk is. Toch blijft de inzet hoog, want de opkomst van Afrika is nog steeds een thema, waarvan vele lokale autoriteiten zich graag legitiem bedienen, om zichzelf en hun bestaansreden te verantwoorden.

Dit gezegd zijnde, we mogen ons vooral niet verkijken op de tirannie van de gemiddelden. Vele Afrikaanse sub-Sahara
landen genieten nog wel een reële groei (zeker de agrarische) en zelfs al hebben andere hun bruto binnenlands product gevoelig zien afnemen door toedoen van de lagere koersen in de grondstoffenmarkt (vooral petroleum) of omwille van diverse lokale conflicten, dan nog verschuift het mondiale economische zwaartepunt langzaam maar zeker naar Afrika. Ga maar even na hoe landen als China, Indië en Turkije zich voor het continent interesseren en erop economisch vlak invasief tewerk gaan. Ze zijn er immers van overtuigd dat het de arena is van de toekomstige wereld en dat de return on investment nergens hoger zal liggen.

En daar zit ‘m dus het verborgen gezicht van de “regio in opkomst”. Er is eigenlijk een Afrika met twee gezichten, waar enerzijds het economisch dynamisme zich onvoldoende vertaalt in een beter leven voor de man in de straat en dus
verborgen blijft; en anderzijds is er de breuk tussen de potentiële partners, waarvan sommigen “believers” zijn die vooruit willen, terwijl de non-believers ter plaatse trappelen.

Bij het aanbreken van een nieuw jaar dringt deze vraag zich op. De kant kiezen van de visionairen en de winnaars, of niet? Iets om over na te denken in 2019!

Met mijn beste wensen voor een voorspoedig nieuwjaar!

 

Guy Bultynck
Chairman, CBL-ACP